U bent hier: Home - Beroepen - Machinaal houtbewerker - Lawaai

Printvriendelijke versie

 
 

Wat zegt de wet- en regelgeving?



Wettelijke regelingen
In de Arbowet en het Arbobesluit zijn grenswaarden voor geluid vastgesteld om werknemers te
beschermen. Zie hiervoor het Arbobesluit, afdeling 3 van hoofdstuk 6, artikelen 6.6 t/m 6.11.


De werkgever is verplicht aan werknemers die bloot staan aan lawaai otoplastieken te verschaffen. In de CAO is afgesproken dat voor niet productiepersoneel en personeel dat niet in een lawaaizone werkzaam is in overleg met de arbodienst wordt bepaald of gehoorbescherming noodzakelijk is. In overleg met de ondernemingsraad, pesoneelsvertegenwoordiging of arbofunctionaris en betrokken werknemers kunnen nadere voorwaarden worden gesteld aan het verstrekken van otoplastieken/bescherming.

Arbobesluit: Artikel 6.6 Definities

  • De dagelijkse blootstelling aan lawaai is gedefinieerd als het gemiddelde geluidsniveau gedurende een nominale werkdag van 8 uur, uitgedrukt in dB(A).

Arbobesluit: Artikel 6.7 Nadere voorschriften risico-inventarisatie en -evaluatie, beoordelen en meten.
  • De werkgever is verplicht schadelijk geluid te inventariseren, hij moet ervoor zorgen dat dit onderdeel uitmaakt van de risico-inventarisatie en –evaluatie (RI&E).

Arbobesluit: Artikel 6.8 Maatregelen ter voorkoming of beperking van de blootstelling.
  • Boven de 85 dB(A) moet de werkgever bron- of collectieve maatregelen nemen om het geluidniveau te verlagen tot onder de85 dB(A). De plaatsen waar dit niet lukt, moet hij markeren.
  • Werknemers zijn in het gemarkeerde gebied verplicht hun gehoorbescherming te dragen. Vanaf 80 dB(A) dient de werkgever passende gehoorbeschermingsmiddelen te verstrekken.

Arbobesluit: Artikel 6.9 Weekgemiddelde
  • Als de werknemer moet verblijven op een werkplek waar de dagelijkse blootstelling per werkdag aanmerkelijk verschilt, dan bedraagt de wekelijkse blootstelling, rekening houdend met de dempende werking van de gehoorbeschermers, niet meer dan 87 dB(A). De werkgever moet doeltreffende maatregelen treffen om dit risico tot een minimum te beperken.

Arbobesluit: Artikel 6.10 Audiometrisch onderzoek.
  • De werkgever moet zijn werknemers in de gelegenheid stellen om periodiek een medisch onderzoek (PAGO) te ondergaan waarbij hun gehoor wordt getest.

Arbobesluit: Artikel 6.10a. Maatregelen bij gehoorbeschadiging
  • Als is vastgesteld dat gehoorbeschadiging vermoedelijk door lawaai op het werk is veroorzaakt, wordt op de werkplek opnieuw een geluidsmeting uitgevoerd en worden de maatregelen ter voorkoming/beperking van blootstelling herzien. De werknemer wordt in de gelegenheid gesteld tussentijds opnieuw een gehooronderzoek te ondergaan.

Arbobesluit: Artikel 6.11 Voorlichting en onderricht.
  • Boven 80 dB(A) moet de werkgever zijn werknemers voorlichten en zorgen dat zij over de juiste gehoorbescherming beschikken.

CAO:
Voor niet productiepersoneel en personeel dat niet in een lawaaizone werkzaam is, wordt in overleg met de arbodienst bepaald of gehoorbescherming noodzakelijk is. In overleg met de ondernemingsraad, personeelsvertegenwoordiging of arbofunctionaris en betrokken werknemers kunnen andere voorwaarden worden gesteld aan het verstrekken van otoplastieken/bescherming.

 
 
 

< terug naar vorige pagina